Opening museumseizoen OTMMZ 2024
Op 11 mei was de jaarlijkse
opening van het museum met een officieel tintje. Het museum was echter op
4 mei al voor de eerste dag open voor bezoekers.
Om half tien werd er verzameld voor de koffie en bolus. Ook gedeputeerde Harry
van der Maas die de officiële opening zou verrichten was al aanwezig.
Hij werd niet door de voorzitter rondgeleid en geïnformeerd omdat deze
op vakantie was. Twee bestuursleden namen deze taak op zich. Na de koffie
en cake werden de leden en Harry van der Maas welkom geheten en volgde een
toespraak van Ko Brasser en de gedeputeerde. Het was daarna tijd voor het
steken van de eerste ring. Van der Maas is ook afkomstig uit het boeren leven,
dus trekker rijden had geen geheimen, maar ringsteken op een oude Lanz is
best lastig dus kreeg hij net als bij zijn werk voor de provincie een eigen
chauffeur. Hij deed het prima, en hierna kon de wedstrijd beginnen en alle
bezoekers konden naar hartenlust genieten van alles wat er te zien was. En
dat was veel. Houtsnijwerk in de vorm van Zeeuwse knopen en poppetjes, maar
ook het snijden van Zeeuwse Paeremessen. Het "Meccano Gilde Nederland".
Rinus Hoogesteger met zijn modellen. Zijn zelfbouw trekker stond een hele
dag te draaien op een beetje spiritus. Een opengewerkt model van een dorsmachine
en een Claeys M103 werd door hem gedemonstreerd. Babbelaars bakken. Vitrines
met schaalmodellen, houtsnijwerk, een vitrine gewijd aan ploegen en ploegwedstrijden.
De klederdracht poppen. Overal staan en hangen uitvergrote foto's van Zeeuwse
landschappen of plekjes, die te koop zijn. Op de zolder staat een selectie
oude fietsen uit een privé museum. Oude landbouw werktuigen hangen
aan de muren. En natuurlijk de oude trekkers.
Kortom een bezoeker
komt ogen te kort.
Dit jaar is de tentoonstelling geheel gewijd aan verdwenen merken. Na de uitvinding
van de brandstofmotor kon deze na diverse ontwikkelingen toegepast worden
in de landbouw. Veel bestaande fabrieken maar ook heel veel nieuwe gingen
over op het maken van tractoren. Er waren honderden merken wereldwijd. Maar
vele sneuvelden door te slechte producten, te hoge kosten of andere factoren.
Voor de tweede wereldoorlog zijn er al weer veel verdwenen. Ook in Europa.
Zelfs Nederland had een eigen trekkermerk. De Brons trekker. Met een 1 cilinder
gloeikop motor. Op een bepaald moment ontstond er een soort verzadiging van
de markt en alleen de merken die zich goed ontwikkelden konden blijven bestaan.
Alle in het museum staande trekkers zijn van merken die niet meer bestaan.
Buiten stond een prachtig voorbeeld van een merk dat kort heeft bestaan en
daardoor onbekend is. Een Ruhrstahl werktuigdrager. Gebouwd vanaf 1951 met
ongeveer 500 stuk totaal. Veel merknamen zijn de naam van de oprichter. Sommige
namen zijn genoemd naar een gebied. Anderen hebben een bijzondere naam zoals
de Engelse Turner-Yeoman. Dit betekend, de vrije boer.
Zoals gebruikelijk werd ook het clubkampioenschap ringsteken gehouden.
Dit jaar echter op een wat alternatieve manier. De vele regen in de week er
voor zorgde er voor dat het veld nogal drassig was. Besloten werd om alle
auto's op het terrein te weren zodat het beschikbaar was voor de tractoren
en op het verharde gedeelte werd dan de wedstrijd gehouden. Omdat dit klein
was moest de groep in drieën gesplitst worden en werd er twee ronden
gereden waarna de volgende groep acte de present kon geven. In de middag volgde
nog twee toerbeurten Het werkte prima.
Na het kampen werd de uiteindelijke stand opgemaakt. Derde werd Bernard Haver
op een MF35 met 220 punten. Tweede werd Johan Mieras op een John Deere1020
met 320 punten op een Lanz. Peter Driesprong werd eerste op een McCormick
D439 met 310 punten. De wisselbeker staat nu voor een jaar bij Peter.
Foto's beschikbaar gesteld door:
H.M. de Troije, A. Mol, , A. Dingemanse